De ontbossingsverordening: wat houdt het in?

In de voortdurende strijd tegen de ontbossing en het behoud van de wereldwijde biodiversiteit, worden met de invoering van de ontbossingsverordening vanaf 30 december 2024 nieuwe verplichtingen opgelegd. Marktdeelnemers die handelen in specifieke productgroepen, zoals palmolie, soja, cacao, runderen, koffie, rubber en hout moeten dan onder meer een zorgvuldigheidsverklaring indienen. Uit deze verklaring moet volgen dat hun activiteiten geen bijdrage leveren aan illegale ontbossing.

In deze bijdrage lees je meer over de verplichtingen die voortvloeien uit de verordening.

Welke producten & landen?

In bijlage I van de ontbossingsverordening is een lijst opgenomen met goederen – inclusief bijbehorende HS-post of HS-code – waarop de verordening thans van toepassing is.

Uit de bijlage volgt dat de verordening betrekking heeft op de volgende productgroepen: palmolie, soja, cacao, runderen, koffie, rubber en hout. Ook worden een aantal afgeleide producten genoemd, zoals rundvlees, onthaarde huiden, (binnen)banden van rubber, chocolade, meubels en bijvoorbeeld lederen producten.

De verordening is alleen van toepassing op alle producten – genoemd in bijlage- die na 31 december 2020 zijn geproduceerd. Het is dus niet van belang welke oorsprong het product heeft. De verordening heeft zelfs betrekking op producten die zijn geproduceerd binnen de Europese Unie.

Wie moet aan de verplichting voldoen?

De verordening is van toepassing op álle marktdeelnemers die de producten uit bijlage I binnen de Europese Unie in het vrije verkeer brengen, in de handel brengen of uitvoeren. Daarnaast is de verordening van toepassingen op alle handelaren die producten uit bijlage I binnen de Europese Unie op de markt aanbieden.

Het wekt wellicht enige verbazing, maar een buiten de Unie gevestigde marktdeelnemer – die dergelijke producten in de handel brengt binnen de Europese Unie – hoeft niet aan de verplichtingen uit de ontbossingsverordening te voldoen. In deze gevallen wordt de éérste – in de Europese Unie gevestigde – natuurlijke persoon of rechtspersoon die het product op de markt aanbiedt, als marktdeelnemer in de zin van de ontbossingsverordening aangemerkt.

In deze bijdrage wordt niet verder ingegaan op de verplichtingen van handelaren binnen de Europese Unie.

Welke verplichtingen?

Marktdeelnemers moeten aan de hand van een zorgvuldigheidsverklaring aantonen dat de producten ontbossingsvrij en legaal zijn. Zonder een dergelijke zorgvuldigheidsverklaring mogen marktdeelnemers de producten niet in de handel brengen of uitvoeren.

Het opmaken van een zorgvuldigheidsverklaring is echter niet slechts een formaliteit. Met de verordening worden marktdeelnemers gedwongen om een due-diligence onderzoek te doen naar onder andere de oorsprong van de goederen, de geografische locatie van het perceel waar de goederen vandaan komen en aan welke wetgeving moet worden voldaan in het gebied waar het product vandaan komt.

Op basis van het due-diligence onderzoek moeten marktdeelnemers vervolgens een risicoanalyse uitvoeren, waarbij rekening moet worden gehouden met de door de Europese Commissie toegekende risico’s aan het betreffende land of gebied. Voor deze beoordeling is het overigens toegestaan om gebruik te maken van certificeringen van externe partijen.

Naar aanleiding van het onderzoek – en de risicoanalyse – is de marktdeelnemer verplicht om een Due Diligence verklaring op te maken. Indien uit deze verklaring blijkt dat het risico op ontbossing verwaarloosbaar is, mogen de producten in de handel worden gebracht c.q. worden uitgevoerd.

Indien uit de Due Dilligence verklaring volgt dat er risico’s bestaan, is een marktdeelnemer verplicht om maatregelen te nemen door middel van extra controles. Is het echter niet mogelijk om extra maatregelen te nemen, dan kan de marktdeelnemer de goederen niet in het vrije verkeer brengen binnen de Europese Unie.

Voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen – ook wel aangemerkt als KMO- marktdeelnemers – gelden overigens een aantal uitzonderingen op de verplichtingen uit de verordening. Binnenkort zullen wij een aparte bijdrage publiceren over deze uitzonderingen.

Vanaf wanneer van toepassing?

Vanaf de inwerkingtreding van de verordening op 29 juni 2023, hebben grote bedrijven 18 maanden de tijd gekregen om de verplichtingen te implementeren in hun bedrijfsvoering. Concreet moeten grote bedrijven vanaf 30 december 2024 voldoen aan de verplichtingen uit de verordening.

Micro-, kleine en middelgrote ondernemingen hebben een langere periode gekregen voor de implementatie. Voor deze groep bedrijven gaan de verplichtingen pas gelden op 30 juni 2025.

Mocht u naar aanleiding van deze bijdrage vragen hebben, of wilt u meer weten over de ontbossingsverordening? Neem dan gerust contact op met een van onze specialisten.

 

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaardt Customs Knowledge geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan. Dit artikel is niet bedoeld als een specifiek advies. Zie in dit kader ook de Algemene Voorwaarden van Customs Knowledge BV.