Versoepeling CBAM-rapportages en aanvraag tot toegelaten CBAM-aangever

Het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) is een nieuw Europees instrument waarmee de Europese Unie de CO₂-uitstoot van ingevoerde goederen wil beprijzen, om zo ‘carbon leakage’ tegen te gaan. Deze regeling brengt nieuwe verplichtingen met zich mee voor importeurs van bepaalde goederen. In dit stuk lichten wij enkele van deze verplichtingen en hun recente ontwikkelingen toe, waaronder voorstellen voor versoepeling van de rapportageverplichtingen en de aanvraagprocedure voor toelating als CBAM-aangever.

Overgangsperiode 

In de CBAM-wetgeving is een overgangsperiode ingesteld tot en met 31 december 2025. In die periode moeten importeurs rapporteren over ingebedde emissies van de door hun ingevoerde CBAM-goederen. Er zijn verschillende opties voor het berekenen en rapporteren van de ingebedde emissies.  

De bedoeling van de Europese Commissie was om importeurs in de eerste instantie enige flexibiliteit te bieden door aan CBAM-aangevers die niet beschikten over vereiste gegevens, standaardwaarden beschikbaar te stellen. Deze standaardwaarden waren specifiek bedoeld voor de eerste paar kwartalen.  

Vanaf het derde kwartaal van 2024 tot 1 januari 2025, golden strengere eisen. CBAM-aangevers moesten kiezen uit de volgende methoden: 

-  Volledige rapportage volgens de nieuwe EU-methodologie (EU-methode). 

-  Rapportage op basis van een gelijkwaardige methode, waaronder: 

  • Koolstofbeprijzing op de locatie van de installatie. 

  • Verplichte regeling voor emissiemonitoring op de locatie van de installatie. 

  • Monitoring van emissies binnen de installatie, eventueel met verificatie door een geaccrediteerde controleur. 

De Europese Commissie heeft voor de berekeningsmethoden verschillende hulpmiddelen ontwikkeld, zoals richtlijnen en templates. Deze dienen om bedrijven te ondersteunen bij het inwinnen van de benodigde gegevens van producenten. In de praktijk blijkt het echter vaak een aanzienlijke uitdaging om betrouwbare informatie te verkrijgen.  

Februari 2025: Voorstellen tot versoepeling 

Vanaf 1 januari 2025 zouden de regels nog strenger worden. Het rapporteren van daadwerkelijk uitgestoten emissies vormde daarbij de norm. De Europese Commissie heeft echter naar aanleiding van de signalen uit de praktijk onderkend dat de CBAM-regelgeving te complex is en tot hoge administratieve lasten leidt voor het bedrijfsleven. Daarom heeft de Europese Commissie onlangs een voorstel gedaan tot versoepeling van de regelgeving. 

Eén onderdeel van het voorstel heeft directe gevolgen voor de kleinere importeurs. In eerste instantie was CBAM niet van toepassing op zendingen met een waarde onder de EUR 150. De Commissie stelt nu voor om deze waardedrempel te vervangen door een kwantitatieve drempel van 50 ton CBAM-goederen per jaar (met uitzondering van waterstof en elektriciteit), waardoor kleinere importeur in de praktijk buiten de regeling gaan vallen.  

Zoals gezegd is dit nog een voorstel, maar de Nederlandse Emissie Autoriteit (NEa) heeft inmiddels bekendgemaakt dat zij per direct aansluit bij dit voorstel, voor wat betreft de rapportageplicht: importeurs die jaarlijks minder dan 50 ton CBAM-goederen importeren hoeven al in 2025 geen rapportage meer in te dienen.   

Daarnaast geldt voor importeurs die boven de 50 ton CBAM-goederen per jaar invoeren, dat zij per direct geen inspanningsverplichting meer hebben voor het verzamelen van de werkelijke emissiegegevens. Er mag vanaf het eerste kwartaal van 2025 weer gebruik worden gemaakt van de standaardwaarden, zonder dat nadere motivering nodig is. Het is overigens goed te realiseren dat de standaardwaarden hoger zijn vastgesteld dan de gemiddelde hoogte van de werkelijke emissiewaarden.    

Wegingskader NEa juistheid rapportage 

De NEa heeft op haar website een wegingskader gepubliceerd, die zij vanaf het derde kwartaal van 2024 gebruikte voor de beoordeling van rapportages. De handhaving door de NEa wordt getriggerd door de controles die de Europese Commissie uitvoert op de CBAM-rapportages, waarbij deze rapportages worden vergeleken met de bijbehorende douaneaangiften. Als onregelmatigheden worden geconstateerd bij CBAM-aangevers in Nederland, informeert de Commissie de NEa hierover. 

De NEa kan daaropvolgend drie mogelijke acties ondernemen: 

1.       informeren; 

2.       waarschuwen; of 

3.       een correctieprocedure starten. 

Of een correctieprocedure wordt gestart, hangt onder andere af van omvang van de niet of onvoldoende gerapporteerde CO2 in tonnen, recidive of het vermoeden van opzet. 

Bij een correctieprocedure verzoekt de NEa de CBAM-aangever om binnen een gestelde termijn een nieuwe of gecorrigeerde rapportage in te dienen. Als hierop onvoldoende inspanning van de aangever volgt, kan een boete worden opgelegd van €10 tot €50 per ton niet-gerapporteerde CO₂. De NEa heeft aangegeven dat zij hogere boetes oplegt aan aangevers als er twee of meer onvolledige of onjuiste rapporten indienen of wanneer de tekortkomingen langer dan zes maanden aanhouden. 

De inspanningsverplichting wordt gewogen ‘aan de hand van de specifieke omstandigheden van het individuele geval’(1). Het moge duidelijk zijn dat dit tot een sterk casuïstische en subjectieve beoordeling kan leiden.  

Het wegingskader zoals gepubliceerd op de website van NEa kan nu echter niet meer onverkort gelden. Voor bedrijven die jaarlijks minder dan 50 ton (gewicht) CBAM-goederen importeren, geldt namelijk geen enkele rapportageplicht meer. Daarnaast geldt voor bedrijven die jaarlijks meer dan 50 ton CBAM-goederen importeren en in hun rapportages gebruikmaken van de standaardwaarden, dat de inspanningsverplichting vervalt. 

Dit betekent niet dat de NEa de rapportages niet meer zal controleren. Logischerwijs zal de NEa bij emissiegegevens, die niet gebaseerd zijn op de standaardwaarden, controleren of de aangever de gegevens heeft gecontroleerd op volledigheid en evidente fouten. Bij hoge emissies wordt van de aangever ook verwacht dat hij de plausibiliteit heeft gecontroleerd.  

Aanvraag toegelaten aangever 

Vanaf 1 januari 2026 kunnen alleen toegelaten aangevers nog CBAM-goederen invoeren. Het indienen van een aanvraag om als toegelaten CBAM-aangever te mogen optreden, verloopt via het Europese CBAM-register. Hier moet worden ingelogd met E-herkenning. Op 1 mei 2025 publiceert de NEa een toelichting op de criteria en een instructie voor het indienen van een aanvraag. Aanvragen worden vanaf dat moment in behandeling genomen. De NEa heeft aangegeven dat aangevers vóór 2026 een besluit hebben op hun verzoek, indien zij een volledige aanvraag hebben ingediend vóór 1 september 2025 (behandeltermijn 120 dagen) 

Momenteel wordt in de CBAM-verordening bepaald dat elke importeur (of diens indirect vertegenwoordiger) een toelating als CBAM aangever moet hebben wanneer deze vanaf 1 januari 2026 CBAM-goederen importeert met een waarde boven de € 150,- per zending. 

Zoals gezegd heeft de Europese Commissie voorstellen gedaan voor een nieuwe (hogere) drempelwaarde. De NEa adviseert bedrijven die jaarlijks minder dan de drempelwaarde van 50 ton (gewicht) CBAM-goederen, te wachten met de aanvraag tot september of zoveel eerder wanneer er duidelijkheid is over het voorstel van de Commissie. De NEa heeft verder laten weten dat als in september 2025 blijkt dat de drempelwaarde niet doorgaat of dat de drempelwaarde lager wordt vastgesteld, de NEa de verlate aanvragen van importeurs met import onder de 50 ton goederen met spoed behandelt (mits ze zo spoedig mogelijk na een definitief besluit van de Commissie zijn ingediend) 

Bij de aanvraag als toegelaten CBAM-aangever moet de volgende informatie worden aangeleverd:  

  • De geraamde monetaire waarde en omvang van de goederen die de aanvrager wil invoeren in de Europese Unie, per soort goederen, voor het huidige en het volgende kalenderjaar. 

  • Informatie over de financiële draagkracht en operationele capaciteit van de aanvrager, eventueel ondersteund met bewijsstukken zoals de jaarrekening en balans. 

Daarnaast moet een verklaring worden overgelegd waaruit blijkt dat de aanvrager in de afgelopen vijf jaar niet betrokken was bij ernstige of herhaalde overtredingen van douanewetgeving, belastingvoorschriften, of regels inzake marktmisbruik en geen strafblad heeft met zware vergrijpen gerelateerd aan zijn economische activiteiten. 

Er geldt bovendien een verplichte zekerheidstelling voor bedrijven die korter dan twee jaar bestaan. 

Tot slot 

De huidige CBAM-wetgeving is zodanig ingericht dat de regels steeds een stukje meer worden aangescherpt. Het is daarom van belang om de rapportage op tijd in te dienen en doorlopend stappen te zetten naar een volledige rapportage. Gelukkig heeft Europese Commissie onderkend dat de regelgeving complex is en een aanzienlijke administratieve last met zich meebrengt. Wij verwelkomen daarom het voorstel tot vereenvoudiging van CBAM 

Wij houden u op de hoogte van de ontwikkelingen en mochten wij u hierin van advies kunnen voorzien, dan staan wij uiteraard klaar om te helpen


(1) Uit: ‘ Wegingskader handhaving rapportageverplichting overgangsperiode CBAM’, Nederlandse Emissieautoriteit, publicatiedatum 24 juni 2024.

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaardt Customs Knowledge geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan. Dit artikel is niet bedoeld als een specifiek advies. Zie in dit kader ook de Algemene Voorwaarden van Customs Knowledge BV.