Was het vroeger alleen aan de rechter om een strafrechtelijke veroordeling te kunnen uitspreken, tegenwoordig is deze bevoegdheid in specifieke gevallen ook bij het bestuursorgaan belegd. De decentralisatie is ingegeven door het feit dat rechters zoveel moeten worden ontlast van kleinere strafzaken. Binnen de Douane is die bevoegdheid toegekend aan de Boete-Fraude-Coördinator / Contactambtenaar Douane (BFC/CA). Elke douaneregio heeft een BFC/CA. In de douanewetgeving is precies aangegeven welke feiten strafrechtelijk kunnen worden afgedaan.
Overtredingen en misdrijven
Strafbare feiten zijn onder te verdelen in overtredingen en misdrijven. Het onderscheid tussen een overtreding en een misdrijf wordt niet – zoals veel mensen denken – bepaald doordat er opzet in het spel is, maar het onderscheid staat letterlijk in de betreffende wet aangegeven. In zowel in de Algemene wet inzake rijksbelastingen als de Algemene douanewet is opgenomen dat alleen de feiten waarop gevangenisstraf is gesteld misdrijven zijn.
Het onderscheid tussen een overtreding of misdrijf is van belang voor de gevolgen voor uw strafblad (justitiële documentatie). Als u door de BFC/CA wordt veroordeeld voor een misdrijf, dan volgt er een aantekening op uw strafblad, bij overtredingen is dat niet het geval.
Fiscale strafbeschikking
De BFC/CA kan u strafrechtelijk veroordelen door een fiscale strafbeschikking (“FSB”) op te leggen. Op deze feiten is het commune strafrecht (grotendeels) ook van toepassing. Dit betekent dat strafrechtelijke begrippen als medeplegen, medeplichtigheid, consultatierecht maar ook bijvoorbeeld overmacht, gelden.
In de meeste gevallen wordt in een FSB een geldboete opgelegd. Deze bedraagt in beginsel 10% van het “ontdoken” bedrag met een minimum van EUR 250. Bij ernstigere gedragingen kan dat hoger worden.
Naast een geldboete kan in de FSB ook worden bepaald dat u afstand moet doen van in beslag genomen voorwerpen (denk aan in beslag genomen sigaretten), terugbetaling van het wederrechtelijk verkregen voordeel (ontneming) of andersoortige straffen.
Verhoor
Wanneer de Douane een controle bij u uitvoert en een onregelmatigheid constateert, dan mag deze controlerende ambtenaar u niet zomaar vragen stellen. Alleen een buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA) mag u strafrechtelijk verhoren. Binnen de Douane is slechts een deel van de controlerende ambtenaren BOA. De BOA moet u eerst aanmerken als verdachte, u mededelen waarvan u wordt verdacht, aangeven dat u niet verplicht bent tot antwoorden en u wijzen op het feit dat u recht heeft op consultatie van een raadsman (en indien nodig van een tolk).
Voorafgaand aan de oplegging van een FSB stuurt de Douane een voornemen tot het opleggen van een FSB gestuurd. In dit voornemen wordt u in de gelegenheid gesteld om nogmaals te worden gehoord. Meestal vindt dit hoorgesprek plaats met medewerkers van het team van de BFC/CA. Zij moeten het bewijs en het verwijt zoals verwoord in het proces-verbaal opnieuw beoordelen.
Steeds vaker zien wij dat de Douane niet eens meer de moeite neemt om u te verhoren c.q. een verklaring af te nemen. U krijgt dan een brief waarin staat vermeld dat de Douane heeft geconstateerd dat u bijvoorbeeld een onjuiste aangifte heeft gedaan en dat de Douane voldoende weet en dat u geen verklaring hoeft af te leggen, maar dat dat wel mag. Overweeg altijd of het verstandig is om een verklaring af te leggen en zoek – zo nodig – naar juridische bijstand om daarin een goede afweging te maken.
Verzet indienen
Wanneer een FSB wordt opgelegd, heeft u twee weken de tijd om in verzet te gaan. Indien u dit niet doet, dan wordt de FSB onherroepelijk, is de strafrechtelijke veroordeling een feit en heeft u volgens de wet schuld bekent.
Wanneer een onherroepelijke FSB ziet op een misdrijf, dan volgt een aantekening op uw strafblad (justitiële documentatie). Dit kan gevolgen hebben voor uw AEO-status, voor het aanvragen van nieuwe vergunningen, voor bestaande vergunningen en voor bijvoorbeeld een verklaring omtrent gedrag (VOG).
Indien u binnen twee weken in verzet gaat, dan doet u dit bij het Openbaar Ministerie. In de meeste gevallen wordt het verzet ingediend bij de Centrale Verwerkingseenheid Openbaar Ministerie (CVOM). Daar gaat een officier uw dossier beoordelen en bepalen of hij de zaak aan de rechter voorlegt. De officier kan ook de FSB wijzigen of intrekken.
Uw verzetschrift moet aan een aantal wettelijke vereisten voldoen. Zo moet het verzet worden ingediend bij de het parket dat in de FSB staat vermeld. Daarbij moet de bestreden FSB worden gevoegd en kunnen gronden worden aangevoerd.
FIOD
De stelregel is dat als de FIOD u vragen stelt u een raadsman moet consulteren. U moet zich namelijk realiseren dat de FIOD alleen opsporingsonderzoeken uitvoert onder leiding van een officier van justitie. Dit betekent dat er al een heel traject aan vooraf is gegaan, waarbij dermate ernstige inbreuken worden vermoed dat er een opsporingsonderzoek is gestart.
Van belang is dan ook dat duidelijk moet zijn of de FIOD u als verdachte aanmerkt of als getuige wil horen. Onze ervaring is dat een getuige door zijn verklaring een verdachte kan worden. Het credo is dan ook: bezint eer u begint en zorg ervoor dat u goed op de hoogte bent van uw rechten en plichten.