Bemonstering van goederen in douane- en belastingzaken (2)
In het vorige artikel hebben wij het belang van een juiste monsterneming toegelicht en het verplichte karakter van het in kennis stellen van het voornemen om een monster te nemen. Als monsters zijn genomen, bestaat vervolgens nog wel eens de vraag of de bemonstering op de juiste wijze heeft plaatsgevonden en of de monsters op de juiste wijze zijn onderzocht. Om te voorzien in uniforme handreikingen en richtlijnen, heeft de Europese Commissie – samen met de douanelaboratoria in de verschillende lidstaten – het ‘systeem’ Samancta opgesteld. De bepalingen hieruit lijken echter weinig zinvol, althans volgens de inspecteur van de Douane. Deze schuift ze namelijk, als ze niet uitkomen, eenvoudig terzijde. Maar kan dat wel? In deze bijdrage concludeer ik aan de hand van recente jurisprudentie dat deze ‘Samancta-bepalingen’ terdege relevant zijn.